Een autoruit bezoedeld met dode vliegjes en andere insecten kennen alleen de ouderen onder ons nog. Dat waren insectenrijke tijden.
Al in 2014 werd alarm geslagen: neonicotinoïden bedreigen al het leven. In 2018 meldde de Radboud Universiteit dat de stand van de insecten de afgelopen twintig jaar een dramatische terugval kende, “een grote aanslag op de kringloop van het leven.”
Door rijkelijk gebruik van bestrijdingsmiddelen is ons ecosysteem uit balans. Dat biedt ruimte aan andere dieren, ziekten, bacteriën en virussen. De natuur is weerbarstig en laat zich niet in hokjes te stoppen. Zo heeft het gebruik van de herbicide glyfosaat bij de sojateelt in Argentinië er al toe geleid dat bepaalde ongewenste kruiden resistent zijn geworden en dat de boer daardoor nog zwaardere middelen gebruikt. (In 2016 schreven we Propagandaoorlog rond glyfosaat.)
Wat kunnen wij doen?
VN secretaris-generaal Guterres riep de regeringen onlangs op om 2021 tot het kanteljaar te maken. “Stop de oorlog tegen de natuur!” zei hij.
Dus laten we vrede sluiten, met de natuur leven in plaats van haar als vijand te zien.
In PNAS (Proceedings of the National Academy of Sciences of the United States of America) dd 12 januari 2021 worden acht tips genoemd om zelf wat te doen voor de insecten: