We begonnen deze raadsperiode met een evaluatie van het minimabeleid, om in beeld te krijgen welke mensen wel voldoende ondersteuning krijgen en waar nog gaten vallen. Op basis daarvan is het minimabeleid doorontwikkeld. Het nieuwe beleid werd deze maand besproken door de gemeenteraad.
Raadslid Liselot Jansen maakte naast het nieuwe beleid een motie om de doelgroep voor het Kindpakket en de Gelrepas te verruimen. Stellen met kinderen tussen 4 en 17 jaar hebben volgens de evaluatie te maken met de armoedeval: als hun inkomen stijgt, blijft er soms netto nauwelijks iets van die stijging over. Soms gaat het zelfs omlaag. De motie Voorkomen armoedeval voor stellen met kinderen werd ook unaniem aangenomen.
Fractievoorzitter Eveline Vink sprak in de raad over het minimabeleid en de motie: "Iedereen heeft recht op een fatsoenlijk inkomen.
Tien jaar neoliberaal beleid heeft de kloof tussen arm en rijk vergroot. Armoede wordt afgestraft met hardvochtige controles en rigide handhaving en mensen met financiële wind krijgen het voordeel van de twijfel. Als het aan GroenLinks ligt, zou dat heel anders gaan, voorzitter. Dan gaat de Participatiewet bij het oud vuil, worden de regels voor rijk en arm hetzelfde, was het minimumloon hoger en was de bijstand een onvoorwaardelijk basisbedrag, als een bodem waar niemand doorheen zakt.
Maar in gemeente Renkum gaan we daar helaas niet over. Waar we wel over gaan, is het Minimabeleid. En de ruimte die we daar hebben, moeten we dan ook goed gebruiken.
GroenLinks gaat uit van de eigen regie van mensen en de vrijheid om beslissingen te nemen over je eigen leven. Wie zelf de touwtjes in handen houdt, wordt sneller weer onafhankelijk en blijft ook in de eigen kracht geloven. Veel keuzevrijheid in het Kindpakket en de Gelrepas vinden wij dus een goed idee. Renkum blijft een sociale gemeente, waar we elkaar helpen als het leven even lastig is.
Wij zien nog wel één duidelijk probleem in het minimabeleid dat we vandaag vaststellen: Mensen gaan er niet altijd op vooruit wanneer ze meer gaan verdienen. Sterker nog, sommigen gaan er zelfs op achteruit. De armoedeval, heet dat.
Dat geldt vooral voor met kinderen in de leeftijd 4 tot 17 jaar, blijkt uit de evaluatie minimabeleid. Wanneer zij van 100 naar 130 of 140% van het Wsm gaan, bijvoorbeeld omdat ze uit de bijstand komen, meer kunnen gaan werken of een hoger salaris verdienen, wordt door het wegvallen of verlagen van diverse regelingen het netto huishoudboekje nauwelijks ruimer, of zelfs krapper.
De gemeente Renkum wil een inclusieve samenleving zijn waarin iedereen meedoet. Voor kinderen is het extra belangrijk voor hun sociale, mentale en fysieke ontwikkeling om deel te kunnen nemen aan activiteiten zoals sport, of het uitvoeren van een hobby.
Dit kost geld, geld dat er op dit moment vaak niet is in deze gezinnen. Omdat ontbijt, warme schoenen of een winterjas belangrijker is. Kinderen mogen niet de dupe worden van de armoedeval, vindt GroenLinks.
Wij vragen met een motie aan het college om een aanpak van deze armoedeval, bijvoorbeeld door het kindpakket en de Gelrepas te verruimen tot 150% van het Wsm. Wat kost het en kan het ingepast worden in de voorjaarsnota? GroenLinks wil dat we deze groep Renkumers, die minder hulp krijgt, maar het financieel wel nét zo lastig heeft, niet laten vallen."
De motie Menstruatiearmoede werd ook breed gedragen in de raad. GroenLinks: "Het blijft pleisters plakken. Liever zien we dat er gewoon meer geld naar de mensen gaat die het zo krap hebben. Maar totdat dat zo is, zijn dit soort zaken wel nodig. Wij vinden het belangrijk dat er in deze aanpak echt budget bijkomt, niet alleen een extra optie in de Gelrepas en het bespreekbaar maken, maar meer geld."